Voorafgaand aan een TTT of praktijkexamen bij het CBR zal de examinator je altijd een aantal controlevragen stellen over de auto. Deze vragen zijn vooral bedoeld om een beetje het ijs te breken en de spanning weg te nemen. Daarom zal er dus geen enkele kandidaat zakken of de vrijstelling niet halen als je geen antwoorden weet. Kun je echter geen enkele vraag beantwoorden, dan werkt zo’n gesprekje juist averechts en zal de spanning alleen maar oplopen!
Daarom van De Rijmeester deze informatie, zodat je zelf alle antwoorden weet of kunt bedenken. Lees hier nog meer tips voor het doen van je rijexamen.
Je doet deze controles, net als bij de banden eens per maand. Het verschilt per auto welke zaken je kunt/moet controleren onder de motorkap. Hierna zal ik de werkwijze voor mijn lesauto, Ford Fiësta Diesel 2018 bespreken.
Achtereenvolgens voer je de volgende stappen uit:
- Openen van de motorkap
- Aanwijzen waar je wat kunt controleren
- Aanwijzen waar je wat kunt bij bijvullen
Openen van de motorkap
Bij de meeste auto’s zit er in de buurt van je linkervoet in de auto een handel waar je aan moet trekken om de motorkap te openen.
Als je dat hebt gedaan, gaat de motorkap niet helemaal open. Een motorkap heeft een zogenaamde dubbele vergrendeling, omdat dat veiliger is wanneer je snel rijdt en daarvoor per ongeluk je motorkap hebt ontgrendeld. De motorkap zal in dit geval niet opwaaien en je zicht door de voorruit totaal belemmeren.
Als je de motorkap hebt ontgrendeld, kun je deze aan de buitenkant een beetje optillen en vervolgens met je andere hand een grendel opzij schuiven. Vervolgens til je de motorkap zo ver mogelijk omhoog en plaats je de steun, zodat je de kap niet op je hoofd krijgt als je de controles uitvoert.
Koelvloeistof
Zoek het koelvloeistof reservoir en controleer of het vloeistofniveau tussen de streepjes (min en max) is. Het reservoir voor de koelvloeistof heeft altijd een dop waarop verschillende waarschuwingen staan. De vloeistof is namelijk letterlijk kokend heet. Meestal is de koelvloeistof roze of blauw gekleurd. Ook staat het systeem onder druk, waardoor het kookpunt hoger ligt dan 100 graden. Draai dus de dop altijd open als de motor volledig is afgekoeld, wanneer je wilt bijvullen.
Ruitenvloeistof
Zoek het reservoir met de blauwe dop en het teken van de ruitensproeier erop. Het niveau kun je niet controleren. In de auto is een waarschuwingslampje als het niveau te laag is of als de ruitensproeier simpelweg niet werkt, vul je het reservoir bij. Gebruik in de winter altijd vloeistof met antivries, omdat anders de vloeistof kan bevriezen. Als je namelijk de zoutlaag van je voorruit wilt halen, is het erg lastig als er geen vloeistof uit de sproeiers komt. Ook kun je als je de functie toch inschakelt, de pomp beschadigen.
Olie
Zoek de peilstok met het oliekannetje, haal deze eruit en veeg schoon om het juiste niveau af te kunnen lezen. De auto moet op een vlakke ondergrond staan en al enige tijd stilstaan, omdat anders niet precies gemeten kan worden.
Vul indien nodig olie met het juiste nummer (zie: instructieboekje) bij. Dit bijvullen doe je in het reservoir dat wordt afgedekt met een groet dop, wederom met een afbeelding van het bekende oliekannetje.
Remvloeistof
Een klein reservoir met een dop met verschillende waarschuwingen en een afbeelding van een remschijf met klauw bevindt zich bovenin de motor. Ook bij dit reservoir kun je eenvoudig het niveau checken, omdat je de vloeistof goed kunt zien zitten. Er zitten tevens de bekende indicatoren met aanduidingen met min en max.
Accu
Moderne accu’s zijn onderhoudsvrij en daarom kun je er niet zo veel aan controleren. Het is belangrijk dat als de auto niet of moeilijk start, je de accu weet te vinden. Je kunt de accu bijvoorbeeld opladen met een acculader of met behulp van een andere auto en startkabels proberen je auto toch te starten.
De accu vind je door te zoeken naar een rechthoekige batterij met twee polen. Polen zijn twee stalen staafjes waarop een klem zit om contact te maken. De twee polen hebben een plus- en min-aanduiding, meestal is de pluspool bedekt met een (rode) kap.
Zekeringen
Onder de motorkap zit een kastje met zekeringen. Deze zekeringen zorgen ervoor dat er minder snel brand kan ontstaan als er kortsluiting optreedt. Als de spanning op één bepaalde elektrische installatie in de auto te hoog wordt, brandt de zekering door en ontstaat er minder snel andere schade. Het kastje is afgedekt met een plastic kap en een schematische afbeelding van een zekering erop. Als je het deksel opent, zie je een palet van allemaal verschillende kleuren zekeringen.
Met behulp van het instructieboekje, kun je de zekering van het uitgevallen systeem opzoeken en vervangen door een van dezelfde sterkte. Als een bepaald systeem is uitgevallen merk je dat snel. Bijvoorbeeld als de ruitenwisser niet werkt, controleer dan altijd eerst de zekeringen.
Een tweede zekeringenkastje bevindt zich in de auto aan de bestuurderszijde.