fbpx
Bijzondere verichtingen in een doodlopende weg

De beste tips voor de uitvoering van bijzondere verrichtingen

De verschrikking van elk praktijkexamen, de bijzondere manoeuvres. Eigenlijk zijn er maar twee manieren om deze verrichtingen te ‘omzeilen’. Namelijk, door ze tot in den treure te beheersen of door een vrijstelling te halen bij je tussentijdse toets.

Lees hier nog meer tips voor het doen van je rijexamen.

Hoe en waarom?

De eerste manier is natuurlijk de beste. Je hebt de verrichtingen ook echt nodig, wanneer je je rijbewijs hebt gehaald. Elke rit eindigt bijvoorbeeld altijd met een parkeeractie. Ook jij kan me niet wijsmaken dat je, zodra je je rijbewijs hebt gehaald altijd in één keer de juiste weg in slaat. Het is dus enorm handig om  een veilige manier de auto te keren in je “kofferbak” vol met rijvaardigheidsbagage te hebben.

Welke?

De bijzonder verrichtingen die gevraagd kunnen worden, zijn:

  1. De hellingproef;
  2. Achteruit rijden in een rechte lijn;
  3. Achteruit rijden van een bocht;
  4. Parkeren in een schuin of haaks parkeervak vooruit;
  5. Parkeren in een schuin of haaks parkeervak achteruit;
  6. Fileparkeren vooruit;
  7. Fileparkeren achteruit;
  8. Keren door middel van steken;
  9. Keren door middel van een halve draai.

De voorbereidings- en controlehandelingen en het in-/uitstappen zijn officieel ook een onderdeel van de bijzondere verrichtingen, maar ik ken geen kandidaat die met deze handelingen moeite heeft. Als je je geheugen nog wilt opfrissen, daarover heb ik al enkele blogs geschreven. Lees deze hier.

Een opdracht wordt altijd op tijd door de examinator aangegeven op de volgende manier. Voordat jij een straat of parkeerplaats op of in rijdt, geeft hij of zij aan welke bijzondere verrichting er moet worden uitgevoerd. De plaats en de manier waarop, bepaal jij zelf.

Hoe?

Hoe je elke verrichting moet uitvoeren leer je van je rijcoach, maar het belangrijkste bij de uitvoering hiervan zal ik beschrijven. Voor elke verrichting geldt: het moet zo veilig mogelijk gebeuren zonder dat de doorstroming meer dan nodig wordt belemmerd. Met andere woorden: jij moet er voor zorgen dat alles voor, tijdens en na de verrichting veilig en vaardig (genoeg) worden uitgevoerd.

Wees dus altijd duidelijk als je gaat stoppen, zorg dat je voor, tijdens en na de actie de hele tijd precies weet wat het overige verkeer doet en waar het is. Je rijdt langzaam, stuurt snel en stopt ruim op tijd wanneer je dreigt in conflict te komen met ander verkeer.

Waarom niet?

Mocht het zo zijn dat je een vrijstelling voor de bijzondere verrichtingen hebt gehaald, dan hoef je er geen te doen tijdens je eerste rijexamen. Mocht een examinator zich vergissen en je toch een manoeuvre opdragen, dan hoe je die niet te doen. Je mag hem of haar vriendelijk erop wijzen dat je in bezit bent van een vrijstelling. Voer je toch een bijzondere verrichting uit, dan wordt die ook voor je examen beoordeeld.

Hulp nodig?